Wilt u kleurcodering binnen uw bedrijf invoeren om kruisbesmetting te voorkomen en te voldoen aan de hygiënerichtlijnen? Dan heeft u verschillende mogelijkheden. U kunt bijvoorbeeld kleurcodering invoeren per afdeling of per toepassing. Vervolgens moet u bepalen wat logische kleuren zijn én moet u ervoor zorgen dat uw medewerkers ook werkelijk met de kleurcodering werken. Hieronder leest u waar u op moet letten bij het invoeren van kleurcodering.
Iedere toepassing een andere kleur
Er zijn geen vaste regels over welke kleur u waar moet gebruiken. Het is wel verstandig duidelijk afwijkende kleuren te kiezen voor materialen die u in het productieproces gebruikt en materialen die u bij de schoonmaak gebruikt. Deze mogen immers niet met elkaar worden verwisseld. Werkt u met voedsel, dan is het bovendien verstandig een afwijkende kleur te gebruiken voor materialen die met voedsel in contact komen en materialen die dat niet doen. Hetzelfde geldt voor rauwe en bewerkte ingrediënten en producten. Zo voorkomt u vergissingen - en dus de kans op (kruis)besmetting. Overigens hoeft u niet voor iedere toepassing materialen in verschillende kleuren te kopen. U kunt ook één soort basismateriaal aanschaffen en deze voorzien van gekleurde tape of banden. Zorg er wel voor dat deze opvallend genoeg zijn.
Iedere afdeling een andere kleur
Bestaat uw bedrijf uit verschillende afdelingen met verschillende functies? Dan kunt u iedere afdeling ook een eigen kleur geven. Het is dan voor iedereen direct duidelijk bij welke afdeling de
borstel, emmer of
schep hoort.
Welke kleuren kiest u?
Heeft u besloten hoe u kleurcodering binnen uw bedrijf toepast? Dan is de volgende stap de aanschaf van gekleurde materialen. Let daarbij op dat u materialen koopt in opvallende en sterk contrasterende kleuren. Mocht een stukje van het schoonmaakmateriaal achterblijven in uw product, dan herkent u het direct. Vergeet ook niet dat een relatief groot percentage van de Nederlandse bevolking in meer of mindere mate kleurenblind is. Dit geldt zeker voor mannen. Door sterk uiteenlopende kleurschakeringen te gebruiken, maakt u het makkelijker voor deze medewerkers om de juiste materialen te herkennen. U kunt dit testen door een zwart-wit foto van de materialen te maken. Wijken de materialen in zwart-wit voldoende af? Dan zijn ze ook herkenbaar voor iemand die kleurenblind is.
Houd uw kleurcodering simpel
Kleurcodering werkt pas als al uw medewerkers zich eraan houden. Houd het daarom simpel. Héél veel verschillende kleuren voor héél veel verschillende toepassingen is vragen om problemen. Gebruik zo min mogelijk verschillende kleuren en kies bij een ingewikkeld productieproces niet voor elke stap een andere kleur.
Maak uw kleurcodering logisch
Trek de kleur ook door in de ruimte waar materialen worden bewaard, schoongemaakt en onderhouden. Alle blauwe bezems gaan in de blauwe kast. En alle rode borstels gaan in de rode. Zorg er daarbij voor dat de materialen op de juiste manier kunnen drogen. Plaats bijvoorbeeld
ophangrekken die hoog genoeg zijn, zodat de materialen de grond niet raken. U bent overigens nooit klaar met het invoeren van een kleurcodering. Controleer regelmatig of de kleurcodering nog duidelijk is en of iedereen er correct mee werkt. De kans is groot dat u na verloop van tijd verbeterpunten ziet.
Ook interessant
Beluister Carel de Podcast: Het gebruik en de richtlijnen voor persoonlijke beschermingsmiddelen binnen de voedingsindustrie
